donderdag 19 april 2012

Wat doe jij voor de maatschappij?

‘Het is hoog tijd om sociale dienstplicht voor ouderen in te stellen’. Deze gewaagde uitspraak viel tijdens het boeiende debat dat ActiZ vorige week organiseerde in het kader van de veelzeggende campagne ‘Het nieuwe ouder worden’. Een senior, actief bij de landelijke ouderenbonden, pleitte tijdens dit debat voor het verplichten van ouderen zich in te zetten voor de maatschappij. Dat zette me aan het denken. Is dat een oplossing voor de verschraling van de zorg? Voor het toenemend aantal kwetsbare burgers? Dat aantal lijkt te gaan groeien, juist door die verschraling, de beleidsveranderingen. In de krant staan de laatste tijd meer berichten van acties door gemeenten om ook wat van burgers terug te verlangen…

Nu is het zeker waar dat er de komende jaren veel handen nodig zijn, zowel aan het bed als ervoor. Denk aan het begeleiden van ouderen naar allerlei activiteiten, het gezelschap houden van mensen, op pad gaan met mensen met beperkingen. Het aantal ouderen groeit, er dreigt personeelstekort en door het verschralen van met name welzijnsvoorzieningen vallen mensen tussen wal en het schip. Juist de groep die nu gebruik maakt van voorzieningen die wegbezuinigd worden - mensen met een psychische beperking en mensen die het net (niet) redden - wordt het hardst geraakt. Zij zouden gebaat kunnen zijn bij vrijwilligers die hen bijstaan, waar nodig met professionele ondersteuning.

Actieve ouderen
Zou het helpen om mensen te verplichten zich in te zetten? Doen juist de ouderen al niet ongelooflijk veel, al dan niet in georganiseerd verband? Via de kerk, via verenigingen of in familieverband zijn er veel actieve ouderen. Even op de kleinkinderen passen, vaak structureel, soms incidenteel. Even een boodschap voor de buurvrouw of op ziekenbezoek bij kennissen. Dat gebeurt echt heel veel. Gelukkig!

Bij de ouderenbonden zijn veel actieve vrijwilligers die bewonderenswaardig veel uren in hun werk stoppen. Zo heb ik regelmatig contact met een actief ouder echtpaar, mijnheer en mevrouw Hartogs. Ze zijn actief bij de Sesam academie, zitten in cliëntenraden en participeren in werkgroepen van ouderenbonden en wijkoverleggen. Fascinerend en bewonderenswaardig. Ze gaan jaarlijks op vakantie met een dementerende schoonzus om diens partner te ontlasten. Daarnaast gaan ze regelmatig zelf een weekend weg, bezoeken kunsttentoonstellingen en waren ook aanwezig bij het ActiZ debat. Zoals zij hun leven inrichten, vind ik echt prachtig. Het past bij hen. Zo zie ik het mezelf ook doen, idealiter. Maar het is niet voor ieder weggelegd.

De juiste aanpak
Het daadwerkelijk verplichten van ouderen zich in te zetten lijkt mij wat ver gaan. Maar ik denk dat meer ouderen zich kunnen inzetten. Ik ben er van overtuigd dat als je mensen – jong en oud, met en zonder beperking - aanspreekt op hun talenten, kennis en kwaliteiten, zij zich zeker willen inspannen. Meer dan nu gebeurt. Er zijn soms wat belemmeringen om te participeren, variërend van het ontbreken van financiën tot allerhande vaardigheden. En nog vaker: doordat mensen niet gevraagd zijn. Die belemmeringen zijn vaak op te lossen met de juiste aanpak.

Wat houdt die aanpak in? Nou, dat is vaak vrij eenvoudig: als organisaties aansluiten bij wat mensen kunnen en willen, dan zijn er genoeg vrijwilligers te vinden. Binnen zorgorganisaties kunnen familie, vrienden en buren ook goed meehelpen, als er duidelijke en open afspraken zijn met professionals. En goede communicatie over verwachtingen over en weer!

Goed voorbeeld doet goed volgen
Buiten de zorgorganisaties is ook veel mogelijk. Daar zijn talloze voorbeelden van, zoals het project in ‘Buren voor Buren’ in Pendrecht en het project ‘Welzijn op recept’ in Nieuwegein (overigens staan dergelijke voorbeelden ook centraal tijdens de bijeenkomst Lokale kracht; power in wonen, welzijn en zorg van het Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg op 7 juni). Goed vrijwilligersbeleid is essentieel, maar ook: bekendheid geven aan aansprekende lokale initiatieven, mensen uitdagen en aanspreken op hun talenten, aansluiten bij wensen van de moderne ‘flex’vrijwilligers. Ook zal het gezegde ‘goed voorbeeld doet goed volgen’ gaan gelden. Het lijkt nu al hip te worden: mensen praten al vaker met elkaar over hun bijdrage aan de samenleving. Ik hoor dit steeds vaker in de trein. Gesprekken in de trant van ‘wat doe jij eigenlijk voor de maatschappij?’. Hoe meer je doet, hoe hipper, zo lijkt het wel.

Nu de noodzaak groter wordt en mensen zich meer inzetten, is het meer gemeengoed aan het worden. Dan is verplichting niet meer nodig… En toch is en blijft het, los van het feit dat vrijwilligers nu en in de toekomst hard nodig zijn, óók zaak te investeren in het vinden van voldoende en gekwalificeerde professionele zorg. Want lijfelijke zorg bijvoorbeeld, dat is voor de meeste mensen het prettigst als dat door professionals wordt geboden en niet door vrijwilligers. De vraag hoe het prachtberoep van professioneel zorgverlener weer aantrekkelijker wordt, heeft mijns inziens nóg meer prioriteit dan de vraag of sociale dienstplicht voor ouderen ingevoerd moet worden.


Door Yvonne Witter, adviseur bij het Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg. Binnen het Kenniscentrum richt zij zich op de thema's: klantparticipatie, woonvariaties, kleurrijk wonen, welzijn en zorg en buur(t)projecten.