
De legitimiteit van een vermogensafhankelijke eigen bijdrage blijft een lastige kwestie want zowel de 'haves' als de 'have-nots' in de verblijfszorg doen een beroep op een collectieve verzekering die de AWBZ nu eenmaal is. Het is alsof je na de brand van de verzekering te horen krijgt dat je de schade ook wel uit eigen zak kan betalen. De vermogenstoets in de zorg is echter niet nieuw. Ook in de tweede helft van de vorige eeuw moesten de bewoners van verzorgingshuizen een deel van de pensionprijs zelf betalen zo mogelijk uit eigen vermogen.

Uit eigen zak betalen
In de verzorgingshuizen zijn de lagere inkomensgroepen altijd sterk oververtegenwoordigd geweest. De bewoners moesten wel hun AOW inleveren maar kregen daar kost en inwoning en wat zakgeld voor in de plaats. In financiële zin waren zij op die manier relatief beter af dan bij een zelfstandig bestaan buiten de deuren van het verzorgingshuis. Natuurlijk moest daar geld bij en dat merkten ook de ouderen die wel meer te verteren hadden: zij moesten een groter deel van de kostprijs uit eigen zak betalen. Voor hetzelfde product meer betalen en interen op het eigen vermogen was ook toen al geen aantrekkelijke optie.
Er ontstonden twee uitwijkvarianten:
- Huisvesting en zorg in de eigen familiekring organiseren: deze oplossing werd vooral gekozen door boeren en middenstanders waar ouders en kinderen belang hebben bij instandhouding van het bedrijfskapitaal
- Alternatieve vormen van huisvesting en zorg zoeken waar ouderen meer waar voor hun geld kregen. Zowel aan de bovenkant als de onderkant van de markt ontstonden alternatieven voor het verzorgingshuis waardoor deze sector langzamerhand inkromp en van gedaante veranderde.
Iedereen tevreden?
Terug naar de actuele discussie. Om de kosten voor de zorg te drukken wordt de eigen bijdrage van meer vermogende ouderen opgehoogd tot een niveau waarbij alternatieven steeds aantrekkelijker worden. De maximale eigen bijdrage van ruim 2.000 euro is nog niet eens het hele verhaal. Naast de zorgkosten zijn er ook nog de huisvestingskosten die bij het scheiden van wonen en zorg voor eigen rekening komen. Dan liggen de eigen uitgaven voor wonen en zorg in het uiterste geval al gauw tussen de 3.000 en 4.000 euro per maand. Voor dat geld kun je in de vrije sector riant wonen en een vermoedelijk betere behandeling krijgen. De andere kant van de medaille is natuurlijk dat er een verdergaande tweedeling in de zorg ontstaat. Oma eet nog steeds haar eigen huis op, maar krijgt er meer voor terug en de overheid bezuinigt op haar zorguitgaven. Iedereen tevreden! Iedereen tevreden?
1 'Pluk de dag, anders plukken wij u wel', in: Opinie & Debat, de Volkskrant, 6 februari 2013.
Meer informatie