
Niet iedereen kan zelfstandig wonen
Vooralsnog moeten de gemeenten nú hard werken om voorzieningen op peil te krijgen. Sommige gemeenten, zoals Amsterdam en Rotterdam hebben al een visie geformuleerd en partijen bij elkaar gebracht. Andere gemeenten wachten nog af. Aanbieders van wonen en zorg en burgers kunnen deze gemeenten goed helpen met het formuleren van de agenda. Zij weten vaak wat de behoefte is. Zo niet,dan is het hoog tijd hier met elkaar over te praten!
Eén zaak is nu al duidelijk: niet iedereen die straks geëxtramuraliseerd is, kan zelfstandig wonen. Het aanbod moet hierop worden aangepast. De maatschappij zal een handje moeten helpen. De Wmo is er voor vervoer, beschut wonen, rolstoelen, verzorgingshuis, begeleiding, cliëntenondersteuning en kortdurend verblijf. De zorgverzekeringswet is er voor verpleging thuis, huisartszorg, ziekenhuiszorg, ambulante begeleiding GGZ, behandeling GGZ. De kern AWBZ is een volksverzekering voor onverzekerbare risico’s zoals verpleging in het verpleeghuis, verblijf in woonvoorziening voor mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking en verblijf in een GGZ instelling.
Behoefte aan beschermde woonvormen
Wat betekent dit voor de aanbieders? Zorgorganisaties krijgen vooral te maken met mensen met zwaardere zorg. Zij zijn bezig met het toekomstbestendig maken van het zorgvastgoed. Er zal ook veel behoefte komen aan zorg en diensverlening aan huis. Daar hebben zorgorganisaties ervaring mee. Corporaties krijgen te maken met huurders van allerlei pluimage. Er komen meer en andere huurders bij. De meningen zijn verdeeld of er echt méér huurders bij komen. Sommige corporaties merken nu al dat GGZ cliënten begeleiding thuis nodig hebben en zien dat daar particuliere initiatieven op inspringen. Volgens Roeland Kreeft hebben kwetsbare burgers vaak moeite met het ordenen van de dag en met het huishouden. Als er onvoldoende mantelzorg is en onvoldoende zorg van gemeenten komt, is toezicht nodig. Geclusterde woonvormen zijn bijvoorbeeld een oplossing.
Mensen met een beperking lopen soms risico op eenzaamheid en zoeken veiligheid. De resultaten van het prachtige onderzoek van NICIS ‘Onder de mensen’ zijn nog altijd actueel. Uit dat onderzoek kwam naar voren dat kwetsbare mensen in de wijk het zelfstandig wonen waarderen maar dat zij niet of nauwelijks participeren en zich regelmatig eenzaam voelen. Beschermde woonvormen zijn voor deze doelgroepen vaak prettig. Welzijnsorganisaties zijn hard nodig omdat kwaliteit van leven steeds belangrijker worden. Zij kennen de kwetsbare mensen en kunnen een goede rol vervullen in het bijeenbrengen van vraag en aanbod.
Nieuwe concepten
Corporaties, gemeenten, zorg- en welzijnsorganisaties moeten afspraken maken over wie welke taken op zich neemt om de huurder zo prettig mogelijk te laten wonen. Dat is ook voor de omgeving van belang. Natuurlijk moert dit gebeuren in samenspraak met de huurder en huurders-, patiënten, cliënten- en ouderenorganisaties. Er zal meer behoefte komen aan beschermde woonconcepten. Nieuw leven voor serviceflats, nieuwe wooninitiatieven zoals het Thuishuis, luxere appartementen en grondgebonden woningen met dienstenarrangement op maat, modern groepswonen en meergeneratie wijken. Creatieve initiatieven zoals het Bruishuis in Arnhem en de Amstelflat in Assen, met kortdurende opvang, zijn er al en (her)nieuw(d)e concepten komen eraan. Dat maakt het veld wel heel spannend, dynamisch en uitermate boeiend. Maar de belangrijkste vraag blijft: is er straks voldoende aanbod voor mensen met een smalle beurs en voor mensen die het echt nodig hebben?
